Wat smaakt beter bij herfstweer dan dampende maaltijdsoep. En als dat dan ook nog kan met zo’n ‘adellijk’ klinkende groente als cavolo nero…
In Italië noemen ze ‘m dus zwarte kool of cavolo nero, in ons land gaat hij ook wel door het leven als palmkool. Dat heeft dan weer te maken met het uitzicht van de kool nadat een aantal bladeren geoogst zijn. Je waant je zo op een (mini-)exotisch strand als hij geplukt is. Met Italiaanse kool kunnen we uiteraard niet anders dan een Italiaans recept maken: ribollita oftewel Toscaanse maaltijdsoep met brood en groenten.
Week de gedroogde bonen een nacht in koud water. Giet de volgende dag af en laat een uur tot anderhalf uur koken met een teentje look, peper en zout. Zeker in de gaten houden, de bonen mogen niet platgekookt zijn. Snipper de ui en plet de andere teentjes look. Fruit in olijfolie. Wie wil, kan ook nog een half pepertje toevoegen. Snijd de wortel, witte selder en aardappelen in blokjes en voeg toe. Samen met een eetlepel tomatenpuree. Kruid met peper en zout, verse tijm en wat fijngesnipperde salie (zuinig mee zijn!). Laat even goed stoven voor een vijftal minuutjes en voeg dan zo’n anderhalve tot twee liter bouillon toe. In reepjes gesneden palmkool (zonder de dikke nerf) en savooikool mogen er nu ook bij. Een derde van de bonen doe je in de blender, met wat kookvocht. Deze ‘pasta’ zal de soep aandikken. De rest van de bonen mag er zo bij, samen met de tomatenblokjes. En laten koken, maar. Oorspronkelijk wordt aan de soep oud brood toegevoegd, maar dat maakt ze echt wel heftig. Lekkerder is gewoon: rooster het brood in de oven, met een beetje olijfolie erover gesprenkeld. Haal het uit de oven, wrijf er even over met een teentje look en snijd in croutons die je over de uitgeschepte soep uitstrooit. Of leg de hele sneden onderin het bord en lepel er de soep over. Als dat niet vult…